Les
collines d'Anacapri verklankt een uitbundig Italiaans
straatfeest. Wat de directe aanleiding voor de titel vormde, is
niet bekend.
Anacapri
is een Italiaans stadje nabij Napels op het eiland Capri dat
beroemd is wegens zijn schoonheid en sprankelende atmosfeer. Op
achttienjarige leeftijd bezocht Debussy Napels. In de bronnen wordt
niet vermeld of hij ook op Capri is geweest. Mogelijk heeft hij verhalen over Anacapri
van de schrijver Axel Munthe gelezen. Er wordt ook wel beweerd dat het etiket van
een fles wijn hem tot deze muziek inspireerde. Wie weet, bracht de
combinatie van boek en wijn hem wel tot deze spectaculaire prelude
die qua karakter hemelsbreed verschilt van de vorige en volgende
prelude.
De
zeer zachte begintonen suggereren klokken in de verte. Ze doen
denken aan de eerste maten van Liszt's Les Cloches de Genève
uit diens Années de pèlerinage. Na de introductie barst
het feest los. Hoofdbestanddeel vormt de tarantella (een
wervelende dans in 6/8 maat), onderbroken door een teder
volksliedje 'alla napolitana'. Voor de slotpassage schiet de
omvang van het klavier haast te kort wanneer de componist de
muziek met een raketachtig arpeggio - 'lumineux' ( 'lichtgevend')
noteert Debussy hier - naar de hoogste regionen voert.
Bronnen
|